Historie van de Oldijk - Ezinge

Oldijk nummer 5a

Voorwoord

De prelude van Oldijk 5A speelt zich af op Oldijk 10, eigendom van Martinus Popke Ritzema.

Martinus Popke Ritzema verliet in februari 1949 de boerderij en ging met zijn vrouw op het nieuw gebouwde Nieuwestreek 51 wonen. De twee zonen Klaas en Arie Ritzema bleven met hun gezinnen achter op de boerderij, want zij waren inmiddels beiden getrouwd, Klaas in 1948 met Trijntje (Tine) Bosma (van Oldijk 12) en Arie Ritzema in 1948 met Dien Hamming (zie ook Oldijk 1). De broers runden samen de boerderij, die nog eigendom was van Martinus Ritzema.

Het werd aardig druk op Suttum want Klaas Ritzema en zijn vrouw woonde er met vier kinderen en Arie Ritzema en zijn vrouw had inmiddels ook één kind. Toen Arie Ritzema voor de tweede keer vader zou worden besloot hij in 1957 om Suttum met zijn gezin te verlaten en op Oldijk 1 te gaan wonen.

Iedere dag toerde hij soms meermaals per dag van Oldijk 1 naar Oldijk 10 om daar samen met zijn broer Klaas de boerderij te runnen.
Toen Martinus Ritzema in 1963 kwam te overlijden moest de boerderij worden verdeeld. Dit gebeurde in augustus 1964 toen Oldijk 10 notarieel werd gescheiden. Klaas bleef op de boerderij met land en Arie kreeg zo’n 20ha toegewezen.

Oldijk 1 werd voor Arie Ritzema en zijn gezin te klein en ook de afstand naar zijn land was een probleem. Arie wilde in de stal melken in de zomer, niet meer aan een melkwagen in het land. Dat betekende dat de koeien dan twee keer per dag naar de stal moesten. Arie besloot om een veestalling te gaan bouwen bij het land (met een huis).

Hij wilde eigenlijk het huisnummer 7 van de Kinkhoorn overnemen, maar dat zag professor Perdok van Oldijk 7 niet zo zitten.

Op 14 februari 1966 diende Arie de aanvraag voor de bouwvergunning in, dat was dan nog alleen voor een “landbouwschuur”. De ontwerper zou J.P. Scholma uit Groningen worden, wie het zou gaan bouwen was toen nog niet bekend.



Uit de bouwtekeningen blijkt, dat het ook om een huis gaat:





Maar de provinciale schoonheidscommissie was het niet eens met het bouwplan en adviseerde de gemeente de aanvraag tot bouwvergunning af te wijzen:



Inmiddels had Arie Ritzema wel al een Rijksbesluit binnen, waarin de bouw werd goedgekeurd en de gemeente verleende hem dan ook de bouwvergunning:



En dus kon er worden gebouwd. De landbouwschuur stond er inmiddels al, de bouw van de woning werd toebedeeld aan aannemer S. Bouwes uit Winsum.

Omdat er in 1966 elektriciteit werd aangelegd op de Oldijk is de meterkast van Oldijk 5a in de schuur geplaatst.






Veestalling klaar in 1966, Arie Ritzema brengt de melk naar de melkauto. Hendrika staat bij het gat waar het huis moet komen (foto fam. Ritzema)


Huis in aanbouw. V.l.n.r. Arie Ritzema, zoon Martinus en dochter Hendrika

De bewoning